Mauritanie - Reisverslag uit Nouakchott, Mauritanië van Iddo en Yael - WaarBenJij.nu Mauritanie - Reisverslag uit Nouakchott, Mauritanië van Iddo en Yael - WaarBenJij.nu

Mauritanie

Door: Iddo

Blijf op de hoogte en volg Iddo en Yael

06 September 2009 | Mauritanië, Nouakchott

Blij dat we Agadir kunnen verlaten. We vertrekken met één van de afgeschreven bussen van eurolines richting Dakhla. Agadir is een stad zonder ziel dat veel te veel ‘blanken’ heeft aangetrokken die nog denken te leven in de jaren ’60. Waarom zij juist voor Agadir kiezen, is voor ons een grote vraag. De eerste avond werden we tijdens het avondeten ‘lastig gevallen’ door een ouwe hippie die ons foto’s van zichzelf wilde tonen uit 1970, die gemaakt waren op dezelfde plek waar wij op dat moment aan het eten waren. Deze ervaring heeft mij (Iddo) zo ziek gemaakt, dat ik de hele nacht boven de wc heb gehangen. En Niels, mijn maag kan veel hebben, maar het is blijkbaar niet bestand tegen alles. ;-)
Over de busreis door West-Sahara naar Dakhla valt niet veel bijzonders te schrijven, behalve dat we honderdduizend keer gecontroleerd werden door de Marokkaanse politie en daarbij steeds weer onze paspoort moesten afgeven en vertellen wat voor werk we doen/deden in Nederland. Op het eerste gehoor geen lastige vraag, maar blijkbaar veroorzaakte ons antwoord ‘consultant’ toch veel verwarring. Wat is/doet een consultant? Wederom een vraag die je redelijkerwijs zou kunnen beantwoorden, helaas spreken wij bijna geen woord Frans en zij geen woord Engels. De taalbarrière waar we de komende maanden nog vaker last van zullen hebben…

Tijdens één van de stops tijdens de reis kwam ik (Iddo) in gesprek met een Marokkaanse medereiziger die mij uitnodigde hem tot gezelschap te zijn tijdens het drinken van een kop thee. Ik nam deze uitnodiging graag aan, maar gaf daarbij aan dat ik niet alleen was. Ik wees daarbij naar Yael. Op datzelfde moment betrok het gezicht van de man en zei nogal teleurgesteld: is she your wife? Zonder enige terughoudendheid bevestigde ik het feit dat Yael mijn vrouw is en dat ook zij van thee houdt. Zijn teleurstelling verdween echter als sneeuw voor de zon nadat Yael in gesprek met hem raakte over Marokko, Afrika en problemen waar het continent mee te kampen heeft. Hij was (zo denken wij) verbaast over het niveau en manier waarop ‘deze vrouw’ het gesprek voerde. In Marokko zien wij met name mannen met mannen en vrouwen met vrouwen praten. Gemengde conversaties lijken minder vaak voor te komen. En deze ontmoeting met Yael leek voor hem een eyeopener. Tijdens ons afscheid zei hij dan ook stellig: laat deze vrouw niet gaan!

Bij aankomst in Dakhla werden we aangesproken door een man uit Senegal. Hij wilde weten waar wij naartoe gingen en of we met hen een taxi wilde delen richting Mauritanië. De volgende dag zou hij met een vriend en diens vrouw en kind naar Nouakchot vertrekken en samen een taxi/vervoer delen is een stuk goedkoper. Gezien het feit dat er geen openbaar vervoer geregeld is tussen Dahkla en de grens met Mauritanië waren wij erg blij met deze uitnodiging. Met z’n vijven werden we afgezet bij een hotel in het centrum van Dakhla. Nadat we ingecheckt waren, gedoucht hadden en onze eerste paar kakkerlakken hadden gedood, werden we in het onderliggende theehuis opgewacht door de Mauretaanse taxichauffeur en een bemiddelaar. Na een tijdje over en weer gediscussieer tussen de Afrikanen (wij hielden ons geheel afzijdig) werd er een overeenstemming bereikt over de prijs die betaald diende te worden. Onwetend over wat een normale prijs zou zijn, gingen wij zonder discussie akkoord.

Er werd afgesproken dat we de volgende dag om 11 uur in de ochtend zouden vertrekken om er voor te zorgen dat we voor 6 uur ’s avonds, voor het sluiten gaan de grens zouden bereiken. Eerder vertrekken was geen optie want onze Senegalese vrienden moesten in de ochtend eerst bij het politiebureau langs om toestemming te krijgen voor het importeren van allerlei producten die ze in Marokko hadden gekocht. 11 uur was voor ons geen probleem. Wij waren allang blij dat we zo snel vervoer naar Mauritanië hadden kunnen vinden. En we zouden gaan reizen met een Mercedes busje, dus naar onze verwachting zou het ook nog een comfortabele reis worden. Na het uitwisselen van handdrukken op het akkoord over de prijs, gingen Yael en ik Dakhla in om wat te eten. Dakhla is een stad die de Marokkaanse regering in nog geen twintig jaar heeft opgebouwd. Het bouwen van deze stad binnen een kort tijdbestek was deel van de strategie van de Marokkaanse regering om zoveel mogelijk Marokkanen te laten vestigen in Westelijk Sahara om zo een meerderheid aan Marokkanen te verwezenlijken in een gebied dat op een discutabele wijze door Marokko is ingelijfd. Dakhla is uitgegroeid tot een grote welvarende stad, midden in de woestijn. Indrukwekkend! Het gegeven dat niet iedereen eens is met deze inlijving blijkt uit het aantal controleposten en het aantal militairen die aanwezig zijn.

De volgende dag vertrokken we iets later dan gepland en bleek ons Mercedes busje geen Mercedes busje te zijn, maar een Mercedes 190 d. Onzes inziens een veel te kleine auto voor zoveel mensen en al de bagage die onze Senegalese vrienden bij zich hadden. Maar waar een wil is, is een weg; wat niet in de laadbak paste, werd bovenop de laadbak vastgebonden. We zaten achterin met z’n vieren; iets wat krap maar niet onmogelijk was. De reis naar de grens ging verder zonder problemen, ware het niet dat de grens net was gesloten op het moment dat wij arriveerden, zodat we een nacht aan de grens moesten doorbrengen.
Aan de grens ontmoette we Anders; een jongen uit Zweden die door Marokko had gereisd. Hij probeerde aan de grens zijn toyota landcruiser te verkopen; de prijs was € 2000,00. Voor ons zeer verleidelijk, maar na gezamenlijk beraad toch maar besloten het niet te doen. Wel een zeer leuke avond met elkaar gehad en heerlijk geslapen in een traditionele Mauritaanse tent.

De aankomst in Nouadhibou was wel een beetje slikken. De overgang van Marokko naar Mauritanië veroorzaakte een vergelijkbare cultuurschok als je direct vanuit Nederland zou aankomen. De armoede en de chaos maakten ons (hoewel we toch niet geheel onervaren zijn) toch weer onzeker; en we vroegen ons af wat we hier in vredesnaam eigenlijk doen. Het vinden van een geschikt hotel/hostel was ook niet erg makkelijk, maar gelukkig vonden we een leuke plek vlakbij het centrum. De kamer stelde niet veel voor (twee smalle, vieze matrassen), maar de plek zelf maakte een gezellige indruk. Een goede keuze; want hier ontmoetten we ook een aantal leuke mensen. De ontmoeting met Dean, een jongen uit Australië, heeft op ons de grootste indruk gemaakt. Deze jongen was al vier jaar aan het reizen en was nu aan het einde van zijn fietstocht vanuit Zuid Afrika. Zijn verhalen/ervaringen waren fantastisch; en deden ons beseffen dat we toch niet zo avontuurlijk zijn ingesteld als we dachten. De stad Nouadhibou is een ongeorganiseerd zooitje, met totaal niks aantrekkelijks en veel te veel taxi’s. In mijn hele leven heb ik (Iddo) nog nooit zoveel Mercedes taxi’s gezien. Je kunt in het centrum niet rustig lopen zonder opgeschrikt te worden door een taxi die al toeterend laat blijken er voorbij te willen of om je erop te attenderen dat je niet hoeft te lopen.

In de lonely planet beschreven als een ‘never forget the experience’ besloten we de trein te nemen tussen Nouadibou en Zouerat. Deze trein is de langste ter wereld; ongeveer 2.3 km lang. Het idee was om bij Choum uit te stappen en van daaruit door te reizen naar Atar. Atar ligt in de Adrar, wat als de parel van Mauritanië wordt omschreven; dit vanwege het natuurschoon en de bijzondere oude Saharaanse steden. De trein bleek inderdaad een niet te vergeten reis, zeker voor Yael. Eén wagon van de gehele trein is maar bestemd voor passagiers. En in die ene wagon willen heel veel mensen, en deze mensen wachten niet rustig totdat de trein tot stilstand komt. En ze geven elkaar al helemaal niet de ruimte om rustig in te stappen. De mensen vochten om als eerste binnen te komen; het werd één grote chaos en geschreeuw. Wij probeerde zo goed als het ging de trein in te komen en een plek te zoeken om te zitten. Uiteindelijk kwamen we na wat geduw en getrek wel binnen, maar het vinden van een zitplek was een onmogelijke taak. We stonden met z’n tweeën in het gangpad, met onze zware rugzakken op de rug, en platgedrukt door alles en iedereen. Er was echter wel één coupe leeg, die gereserveerd was voor het treinpersoneel. Gezien de situatie waar wij ons in bevonden, vond ik het een goed idee om met Yael in de gereserveerde coupe te gaan zitten. Dit voorbeeld werd direct gevolgd door anderen, en binnen een zeer kort tijd bestek zat ook deze coupe vol. Dit duurde niet lang, want we werden als snel met z’n allen verzocht om de coupe te verlaten. Ik was de hele situatie/toestand zo zat en gaf aan niet de coupe te verlaten voordat er een andere zitplek voor ons was gevonden. Dit werd zo serieus genomen; dat er mensen van hun zitplek moesten om plaats te maken voor ons. De ontvangst in de coupe was daardoor niet echt welkom te noemen. Een vrouw begon tegen ons, in haar locale taal, te schreeuwen; wat Yael erg ontdaan maakte. De tranen stonden haar nader dan het lachen; laten we maar zeggen. ;-). Achteraf bleek echter dat de mensen die van hun plaats werden verwijderd geen kaartje hadden voor een zitplek en de vrouw die zo schreeuwde bleek een entertainer en uiteindelijk zeer vriendelijk. Ze probeerde al snel vrede te maken met Yael en gedurende de nacht kregen we zelfs de zorg voor haar zoon toevertrouwd en vroeg ze Yael met haar mee te zingen. Ook met de rest van de passagiers kregen we gedurende onze reis een steeds betere verstandhouding en op een gegeven moment werd het zelfs gezellig.
Onze stop was rondom vier uur in de ochtend en dan is echt nog aardedonker. Gelukkig stonden er al taxi’s (trucks en landrovers) klaar om ons naar Choum te brengen. We gingen al snel akkoord met de prijs, want je wilt niet worden achtergelaten midden in de woestijn! Vanuit Choum namen we een opentruck richting Atar; waar we rond 10 uur aankwamen. De reis heeft in totaal bijna 24 uur geduurd en we waren helemaal gesloopt.

In Atar verbleven we bij Bab Sahara. Een auberge dat gerund werd door een Nederlander: Justus genaamd. Heerlijk om weer volledig begrepen te worden! En Just kon ons ontzettend veel vertellen over het land en de plekken die we zouden moeten zien in Mauritanië. Met hem zijn we naar Chinguetti gegaan; een van de oudste steden
in de Sahara (hoofdstad van de Moren), wat eeuwen lang een belangrijke stop was voor karavanen en bekend om de Islamitische geleerden. De stad beschikt ook over een bibliotheek met zeer oude geschriften. We hebben de bibliotheek bezocht; veel boeken zijn helaas aangetast door houtwormen, maar onze gids vertelde dat er mensen zijn die de boeken uit hun hoofd hebben geleerd en deze bladzijden voor bladzijden aan het overschrijven zijn. Indrukwekkend hé?
In de regio de Adrar hebben we ook Terjid en Mhérit bezocht. Beide plaatsen zijn oasen. Vanuit Terjid zijn we, onder begeleiding van een nomade, over een bergplateau richting Mhérit gelopen. Een ongelooflijk mooie wandeling, maar vanwege de hitte ook erg zwaar. Samen hadden we 6 liter water bij ons; wat nog steeds niet voldoende bleek te zijn. Onze gids wist gelukkig een plek waar nomaden hun water bewaren; en waar we onze waterflessen konden aanvullen. In Mhérit verbleven we bij Achmet; een Mauritanië die zijn taak als gastheer erg serieus nam. Viermaal per dag kwam hij langs met thee; een Mauritaanse traditie. En driemaal per dag werd het eten gebracht. En zowel bij de theeceremonie als bij het eten bleef hij ons gezelschap houden; wat bij het eten door ons toch wel als vervelend werd ervaren. Reden hiervoor was dat het eten niet te vreten was (vlees met zand en pasta wat op maden leek), maar door zijn aanwezigheid toch genoodzaakt voelde om het eten tegen heug en meug naar binnen te werken. De plek was overigens fantastisch; slapen onder de blote sterrenhemel, rusten onder een traditionele tent en zwemmen in een oasemeer. Een onvergetelijke ervaring.

Na Mhérit zijn we nog een aantal dagen bij Bab Sahara gebleven om Just te helpen met het snoeien van bomen. Van daaruit zijn we naar de hoofdstad Nouakchott gegaan. Zoals vele Afrikaanse hoofdsteden is het geen bijzonder mooie stad; maar het heeft wel leuke markten en zeker de kleurrijke vismarkt is indrukwekkend. Erg liggen daar, op een prachtig strand, wel honderden boten. En elke boot wordt door tientallen man, onder gezamenlijk gezang, het strand opgetrokken. Verder heeft deze stad ook een aantal leuke restaurantjes en een supermarkt; iets wat Yael erg blij maakte! Nouakchott heeft ook een grote moskee; die we helaas niet van binnen mochten zien.

Op de site van Buitenlandse Zaken staat vermeld dat het reizen door Mauritanië sterk wordt afgeraden. Erg jammer, want wij zien geen enkele reden waarom je hier niet prettig doorheen kan reizen. Ik raad het iedereen ten zeerste aan om door Mauritanië te reizen. Het is een prachtig land, met ontzettend vriendelijke mensen!

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Iddo en Yael

Van Nederland naar Afrika en Azie.

Actief sinds 14 Dec. 2008
Verslag gelezen: 3120
Totaal aantal bezoekers 56620

Voorgaande reizen:

06 Mei 2009 - 01 December 2010

Afrika/AzieTrip

Landen bezocht: